Op 3 april 2020 kondigden de twaalf ministers van de Interministeriële conferentie over vrouwenrechten samen met premier Wilmès een voorbereidende werkgroep aan over de socio-economische situatie van vrouwen in lockdown. Het programma was bij voorbaat veelbelovend: rekening houden met de situatie van de vrouwen die werken in de eerstelijnsgezondheidszorg, de sociale dienstverlening en de persoonsbegeleiding, maar ook met de eenoudergezinnen en de toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid. Sindsdien hebben we echter niets meer vernomen. Meer dan een maand na het begin van de maatregelen stellen we ons de vraag waar de antwoorden en noodzakelijke ingrepen blijven die in deze uitzonderlijke omstandigheden de rechten van vrouwen moeten waarborgen.

In navolging van andere Europese landen is ons land in lockdown light gegaan op 12 maart. Een week later leidde de gezondheidscrisis tot een bijna totale lockdown. Deze noodtoestand werd al twee keer verlengd.

• De vervrouwelijkte sectoren en alle beroepen van de eerste lijn ondersteunen
  De crisis in de gezondheidszorg toont het belang van deze essentiële en sterk vervrouwelijkte beroepen en maakt de zware arbeidsomstandigheden duidelijk.
• De economische autonomie en de sociale rechten van vrouwen waarborgen
  Vele vrouwen in een precaire arbeidssituatie vallen nu zonder werk en zonder inkomen (ze deden interims, presteerden niet-aangegeven werkuren enz.) of moeten het rooien met minder ten gevolge van tijdelijke werkloosheid, wat het dagelijks leven nog zwaarder maakt dan in normale tijden.
• Oplossingen aanreiken om gezin en job te verzoenen tijdens de periode van lockdown en tot aan de heropening van de scholen voor alle leerlingen
  Dat kan onder meer door de invoering van een ouderschapverlof voor alle ouders, zonder enige discriminatie. De premie moet hoog genoeg liggen om een waardig alternatief te kunnen bieden.
• De veiligheid van vrouwelijke slachtoffers van partnergeweld garanderen
  We herinneren hierbij aan de eisen die we hernomen hebben in de open brief aan de ministers/leden van de ICM. Daarbij komt dat het Comité van de Partijen van het Verdrag van Istanbul in een recente verklaring gesteld heeft dat het verdrag “op ieder moment van toepassing is en nog meer aan belang gewonnen heeft in het kader van de actuele openbare nood veroorzaakt door de pandemie Covid-19”.
• De alleenstaande moeders ondersteunen
  Op 16 april ll. hebben wij u reeds een brief bezorgd via het Platform Alimentatiefonds met betrekking tot de problematiek van het onderhoudsgeld en de terugbetaling van de schulden gemaakt tijdens de periode van samenleven.
• De toegang van vrouwen tot gezondheidszorg en seksuele en reproductieve rechten ondersteunen
  Voor heel wat vrouwen is de angst tijdens deze periode van lockdown geënt op reeds bestaande problemen (geestelijke gezondheid, depressies gelinkt aan moeilijke levensomstandigheden, opeenstapeling van verantwoordelijkheden enz.). We zijn bezorgd om de toegangsmoeilijkheden tot IVF (probleem van wettelijke termijnen en reeds geplande ingrepen).
• De rechten van migrantenvrouwen (met of zonder papieren) en hun kinderen waarborgen
  Migrantenvrouwen zijn extra kwetsbaar, zowel op hun vluchtroute als in het kader van asielprocedures, onthaal en verblijf in België. Ze krijgen te maken met specifieke problemen die nog erger worden in de context van de gezondheidscrisis. We mogen hen niet vergeten.